|
U bent hier:
Home
>
Uitgebreide informatie West Highland White Terriër
> Verzorging van de West Highland White Terriër
Verzorging van de
West Highland White Terriër
De vacht is dubbel. De bovenvacht bestaat uit hard haar van ongeveer 5 cm lang en
zonder enige krul. De ondervacht, die op bont lijkt, is kort, zacht en dicht.
Een open beharing is zeer ongewenst. Zo luidt de standaard, maar daarmee zijn
het uiterlijk en de verzorging van de vacht nog geenszins afgehandeld.
De vacht moet zo min mogelijk worden gewassen, omdat de vacht daardoor zacht
wordt. Bovendien neemt het vuilafstotende vermogen dan af. Toch kan het
voorkomen dat de Westie zich in iets sterk 'geparfumeerds' heeft gerold. Een
wasbeurt kan dan niet worden vermeden. Het normale vuil (modder en dergelijke)
hindert de Westie absoluut niet. Als hij zijn gang kan gaan, graaft hij zelfs in
de stortregen een molshoop uit. Omdat een West Highland White Terrier nu eenmaal
ook met slecht weer moet worden uitgelaten, komt zijn eigenaar regelmatig met
een modderige hond thuis. Het is dan het beste om de vacht te laten opdrogen en
vervolgens te borstelen en te kammen. Het plukken van de vacht, met name het
trimmen met de hand van het showmodel, moet worden geleerd. De vacht van de West
Highland White Terrier mag beslist niet worden geschoren. Dat bederft de
vachtstructuur en het kost veel tijd voordat de vacht weer op orde is en haar
normale werking uitoefent. Reuen moeten vaak tweemaal per jaar worden getrimd.
Bij teven moet het meestal iets vaker gebeuren, omdat hun vacht ook na
loopsheden gaat ruien. De vacht moet met de hand worden geplukt zodra ze 'rijp'
is, dus zodra de harde bovenvacht moeiteloos is te verwijderen door er zacht aan
te trekken. Er wordt dikwijls met een zogenaamd trimmes gewerkt, een eenzijdig
snijdend mes met behulp waarvan tussen lemmet en duim de haren worden vastgepakt
en losjes worden uitgetrokken (geplukt).
Nadat de nek is getrimd, wordt er een mooie overgang naar de schouders gemaakt.
Uit de hals wordt ook het overtollige haar verwijderd. Omdat de huid aan de
voorkant van de nek vaak gevoelig is, moet hier met een zogenaamde
effileerschaar worden gewerkt. Bij het borstbeen laat men de haren staan.
Vervolgens worden de rug, de staart en de buitenkant van de dijen tot halverwege
de hakken getrimd. Tussen de achterbenen blijft wat haar staan. Het op de voor-
en achterbenen resterende haar wordt vervolgens in model getrimd door
onregelmatig haar weg te nemen. Door zo veel mogelijk haar op de benen te laten
staan, worden deze tot mooie, rechte kolommen gevormd. De voetjes worden rond
geknipt. Het haar tussen de voetzolen wordt verwijderd. Tegelijk worden ook de
nagels geknipt. Het hoofdhaar moet de indruk wekken van een chrysant. Het moet
daarom dik zijn en wordt alleen voorzichtig bijgeknipt waar het ideaal wordt
verstoord. Van de bovenste helft van de oren wordt het haar aan de achterkant
weggetrimd. Randen worden eventueel met de schaar bijgewerkt.
Om de Westie spierwit te laten lijken, bijvoorbeeld voor een tentoonstelling,
wordt hij wel met krijt behandeld in plaats van in bad gedaan. Vanzelfsprekend
mag dat krijt niet los in de vacht zitten.
Voordat iemand zelf het trimmes ter hand neemt, moet hij terdege weten wat hij
wel en niet moet doen. Daarom is de begeleiding van deskundigen op dit gebied,
bijvoorbeeld via de Westie Club, onontbeerlijk.
bron: mijn hond, mijn vriend
|
